Algemeen

  1. Korte geschiedenis van het ras.
  2. Hoe oogt een Leonberger
  3. Het karakter van de Leonberger
  4. De pluspunten van een Leonberger
  5. De minpunten van een Leonberger
  6. Wat eet een Leonberger
  7. Wat verlangt een Leonberger van zijn baas
  8. Wat verdraagt een Leonberger niet
  9. Voor wie is een Leonberger geen goed idee

Korte geschiedenis van het ras.

Het plaatsje Leonberg in de BadenWürttemberg streek van Duitsland genoot in de Middeleeuwen binnen geheel Europa bekendheid vanwege zijn hond en- paardenmarkt.
Een schepen van Leonberg, Heinrich Essig genaamd, fokte in de periode rond 1840 op grote schaal Leonbergse Honden.Hoewel er geen duidelijk omlijnd fokprogramma bestond en vrijwel geen documentatie uit die tijd voorhanden is,mag worden aangenomen dat hij in elk geval om. een zwart - witte Newfoundlander teef kruiste met een zogenaamde "BARRY - reu" uit het klooster op de grote St-Bernard in Zwitserland. Later werd daar nog de Pyreneese Berghond in gefokt. Daaruit ontstonden zeer grote honden met overwegend lange witte beharing.
Het uiteindelijk doel van Essig was een hond te fokken die zoveel mogelijk op een leeuw zou gelijken,het dier in het stadswapen van Leonberg.
In 1846 ontstond voor het eerst een beschrijving van het ras, die alle voortreffelijke eigenschappen van de rassen die als uitgangspunt gediend hadden in zich droeg.
Deze rasbeschrijving liet echter nog veel variëteit toe, hij hield wel in dat vanaf dat moment sprake was van de Leonberger zoals wij hem thans min of meer kennen. De standaard werd in de loop van de geschiedenis nog diverse keren bijgesteld.
Korte tijd later al werden veel van deze honden uit Leonberg over de hele wereld als statussymbool verkocht. Aan het eind van de 19de eeuw werd in Baden-Württemberg de Leonberger graag op de boerderij gehouden. Hij werd geroemd om zijn werk als waak- en als trekhond.
Gedurende beide wereldoorlogen en in de jaren van schaarste erna liep het aantal fokdieren dramatisch terug. Maar het ras herstelde zich en vandaag de dag is de Leonberger een uitstekende gezinshond, die voldoet aan alle eisen die het moderne leven aan hem stelt.
De Leonberger (Leonbergse Hond) is ook bekend uit de geschiedenis. De Oosterijkse Keizerin Elisabeth (Sissi) had er maar liefst zeven (toen nog zilverkleurig) en ook Richard Wagner, Garibaldi en zelfs Koning Leopold 1 der Belgen wist zich de gelukkige bezitter van een Leonberger.

Hoe oogt een Leonberger

Overeenkomstig zijn eigenschappen als vroegere trekhond,is de Leonberger een zeer grote, krachtige, goed gespierde maar vooral ook elegante hond. De Leonberger valt op door de harmonische lichaamsbouw, het rustige karakter, en een levendig temperament. De beharing is lang met veel ondervacht. De vachtkleur varieert tot leeuwengeel tot roodbruin, al dan niet met zwarte haarpunten. De voorsnuit (masker) is zwart. Een prachtige goed behaarde staart maakt het geheel af. De doorsnee schofthoogte bij de reuen is ca.78 cm, bij de teven ca.70 cm.


Het karakter van de Leonberger

De Leonberger is leergierig en intelligent. De Leonberger wordt geroemd om zijn kindvriendelijk karakter. Een echte familiehond die overal mee naartoe genomen kan worden. Waakzaam, vriendelijk, nieuwsgierig, maar beslist geen doetje. Rustig in huis, buiten levendig en speels. Tegenover soortgenoten en andere dieren is hij verdraagzaam, wel haast vanuit een zekere soevereiniteit. De Leonberger is van nature niet angstig of agressief.

De pluspunten van een Leonberger

  1. Een sterk, rustig en evenwichtig karakter.
  2. Een bijzonder kindvriendelijk karakter.
  3. Een sterke hang naar menselijk gezelschap.
  4. Waakzaam, leergierig en intelligent.

De minpunten van een Leonberger

  1. De grootte
  2. De langharige vacht met veel onderwol, hetgeen twee keer per jaar een sterke rui betekent
  3. Een gezonde eetlust.
  4. Zijn voorliefde voor water.

Wat eet een Leonberger

Voor de Leonberger is een uitgebalanceerde voeding van levensbelang. Vergeet niet dat een pup bij de geboorte gemiddeld 500 gram weegt en dat het gewicht uiteindelijk 120 keer zo groot zal worden. De Leonberger bezit in het algemeen een gezonde eetlust. Een compleet voeder is geschikt voor een Leonberger indien het eiwit (proteïne) gehalte tussen de 20 en 28 % ligt. Deze gegevens vindt men altijd op de verpakking.
Naar gelang de grootte, de leeftijd, de beweging, en het temperament van de Leonberger, is een hoeveelheid vlees tussen 250 gram en 500 gram per dag toegestaan. Het vlees mag zijn: boekmaag, pens, hart, lever of kopvlees. Nooit varkensvlees
Aangezien vlees voornamelijk uit eiwit en vet bestaat, dient bij een gedeeltelijk vleesvoeding het percentage koolhydraten tussen de 70 en de 80 % te zijn. Bij een compleet voeder is het extra toedienen van vitaminen en calcium niet of nauwelijks noodzakelijk. Teveel vitaminen A en D zijn schadelijk voor de hond.
Een goede fokker geeft bij het afhalen van de pup voedingsadvies en/of een voedingslijst mee.

Wat verlangt een Leonberger van zijn baas

  1. Dat hij bereid is een consequente behandeling en opvoeding te geven. Geen africhting, maar vorming van het karakter. Dit kan door het volgen van een gehoorzaamheidscursus. Bedenk wel dat een volwassen Leonberger tussen 50 kilo (Teven) en 80 kilo (Reuen) kan wegen. Voorkom dat de hond met U gaat wandelen, in plaats van andersom.
  2. Dat hij bereid is tot het schenken van aandacht, gezelschap en zorg. De Leonberger verlangt er naar en zal er regelmatig om vragen
  3. Dat hij bereid is om er, weer of geen weer, op uit te trekken. De Leonberger heeft regelmatig lichaamsbeweging nodig. In de opgroei vaak, maar goed gedoseerd. Later zijn lange wandelingen favoriet.
  4. Dat hij bereid is om de Leonberger in contact te brengen met andere honden. Door "honds" te communiceren vervreemd hij niet van zijn soortgenoten. Met name in de opgroeiperiode is dit van groot belang binnen het socialisatieproces.Ook hier heeft een gehoorzaamheidscursus een uitstekende functie.
  5. Dat hij bereid is te accepteren dat in uw woonkamer af en toe zand of een vlok haar ligt.

Wat verdraagt een Leonberger niet

  1. Hele dagen opgesloten zitten, omdat de baasjes moeten werken.
  2. Langdurig opgesloten zitten in een hok of een kennel.
  3. Te weinig beweging.

Voor wie is een Leonberger geen goed idee

  1. Wie meer waarde hecht aan een huis als showroom dan aan het gezelschap van een Leonberger.
  2. Wie geen tijd of zin heeft in een fikse wandeling,ongeacht het weertype.
  3. Wie een slaafse hond wil. De Leonberger is bij uitstek goedleers, maar minzaam dwars en zeker niet kruiperig.